Het Hongerveld
In de akte waarin de erfenis van de laatste telg van de familie Thedema wordt beschreven wordt gesproken van een stuk land 'De Hongercamp'. Deze grond lag aan de Drentse kant van De Leecke en werd begrensd door de Nietapster Ryth. De naam 'Hongercamp' is de verbastering van de uitdrukking 'hongarenkamp' en was ontstaan in de tijd dat er een groep zigeuners op deze grond verbleef. Vermoedelijk in de tweede helft van de 16e eeuw.
Deze mensen werden geacht uit de Balkan te komen, en vooral uit Hongarije. Ze werden dan ook ‘Hongers’, of ook wel ‘Egypters’ genoemd. Vermoedelijk waren ze verdreven uit de Balkan, al was dat niet helemaal zeker. Kenmerk van deze volkeren was wel dat ze rondtrokken. In Nederland brachten ze vertier. Er waren destijds nog geen kranten, deze ‘ongelovigen’ brachten verhalen aan de plaatselijke bevolking omdat zij onderweg van alles zagen en hoorden. Feitelijk gezien waren deze landtrekkers de eerste journalisten, zonder pen en papier. Vervelend waren de Hongers in principe niet. Wel stalen ze eens een kippetje. Iets dat in die tijd meer gebeurde. De ‘uutlantschen’ brachten bovendien nieuwe vocabulaire. Het woord goochem bijvoorbeeld, of joekel, het woord dat de landtrekkers gebruikten voor hond. Niets aan de hand dus eigenlijk.
Hoe anders werd daar echter door de lokale overheden over gedacht. Ze voelden zich bedreigd. De ‘Hongers’ moesten weg. Ze moesten ‘bij de hals genomen en gehouden’ worden, aldus het Drents Landrecht (‘ordeel 139’). In de praktijk betekende dit dat als ergens Hongers gesignaleerd werden, de klokken van de Roner Catharinakerk in opdracht van de schulte geluid werden en er een massale klopjacht op deze groepering ontstond. Boeren en buren (toen ‘armjagers’ genoemd) joegen met knuppels gewapend op deze heidenen, ongelovigen. De Hongers waren destijds echter niet voor één gat te vangen. Bij het horen van de klokken toog men massaal naar zogenaamde Hongervelden, die steevast lagen op de grens van de Kerspelen, de voorlopers van de gemeentes. Sprongen ze de provinciegrens over, dan waren ze veilig. ‘Vagebonden’ waren destijds dus beter af dan tegenwoordig: met een ferme sprong over het slootje ‘De Leke’ waren ze in veilige haven.
De Hongers verbleven dus bij voorkeur op een veldje in de buurt van een grensovergang. Op de grens van Leek en Nietap, de grens dus tussen Groningen en Drenthe, lag en ligt zo’n Hongerveld, op sommige oude kaarten ook wel ‘Hongerkampen’ genoemd. De grens was vroeger het riviertje De Leke. Bij het overspringen van De Leke waren de Hongers veilig, Kerspel Roden had geen (juridische) poot meer om op te staan. De grenzen werden destijds gerespecteerd, zodat in het hele land tot aan 1710 nabij de grenzen van de Kerspelen hongervelden ontstonden. In 1710 namelijk sloegen de verschillende gewesten de handen ineen en mochten de heidenen ook over de grenzen gevolgd worden. Dat deze procedure bij het achtervolgen van de landtrekkers geen dode letter was, bewijst een voorval in de late Middeleeuwen. Op de Veluwe kostte een dergelijke klopjacht tientallen uitheemsen het leven. De ‘vreemdelingen’ werden simpelweg doodgeknuppeld... Gelukkig is dat in Nietap nooit gebeurd.
Bron(nen): |
|