De Joodse inwoners van Nietap

Uit Historie Nietap-Terheijl

De eerste joodse inwoners waren Samuel Victor en zijn vrouw Rebecca Isaacs die in 1742 de herberg 'De Nijetap' kochten. Zij vormden het begin van een joodse familie die meer dan 150 jaar verbonden bleef aan Nietap. Hun vestiging getuigt van durf, want joodse mensen kregen vaak te maken met vooroordelen en beperkende wetten terwijl zij niet konden terugvallen op de bescherming van een joodse gemeenschap.

Samuel Victor en zijn familie hebben het zeker ook moeilijk gehad maar het lukte hun toch in Nietap en later in Leek een bestaan op te bouwen. De familiekring breidde zich door huwelijk en geboorte steeds verder uit. Mede door de inzet van diverse nakomelingen van Samuel Victor kreeg de joodse gemeenschap van Leek en omgeving de beschikking over een begraafplaats, een synagoge en een school.

Zo werd in 1805 een schriftelijke overeenkomst opgesteld tussen Victor Phillipus, kleinzoon van Samuel Victor en Mr.W.de Lille, heer van Terheijl, betreffende een stuk grond op Diepswal, aan de Roomsterweg, dat toen reeds in gebruik was als joodse begraafplaats. De grond werd door Mr.de Lille in eeuwigdurende pacht gegeven voor het symbolische bedrag van één Caroligulden.

Victor Phillipus was eveneens nauw betrokken bij de oprichting van de synagoge. In 1809 kocht hij daarvoor van J.H.Copinga en Isaäk Santee een huis aan het Boveneind van Leek. Het huis werd ingericht als synagoge en heeft als zodanig dienst gedaan tot er in 1911 een geheel nieuwe synagoge werd gebouwd.

==Bronnen==
Bron(nen):